Basis Veiligheidsreglement Modelvliegsport
In de toelichting bij de publicatie van de Regeling Modelvliegen in de Staatscourant is aangegeven dat de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Luchtvaart (KNVvL) verantwoordelijk is voor de nadere invulling van regels om de veiligheid te waarborgen. De afdeling modelvliegsport van de KNVvL heeft deze regels geformuleerd in het Basis Veiligheidsreglement Modelvliegsport (BVM). Het BVM wordt door de wetgever als bindend gezien voor alle modelvliegers, niet alleen KNVvL-leden. Lees ook het BVM eens door! Hierin lees je onder andere:
- Je mag alleen zonder instructeur vliegen als je een veiligheidsbrevet (A-brevet) hebt voor de categorie model waarmee je vliegt. Voor de verschillende categorieën modelvliegtuigen zijn evenzovele categorieën A-brevetten gedefinieerd.
- Een modelvliegvereniging moet maatregelen nemen om omstanders te beschermen en moet regels voor het veilig gebruik van het veld vastleggen in een Terreinreglement.
- Een modelvliegvereniging moet instructeurs en brevetexaminatoren organiseren en autoriseren.
- Een instructeur wordt juridisch als bestuurder ("gezagvoerder") gezien, niet de leerling.
- Je mag alleen de in Nederland toegestane zendfrequenties en -vermogens gebruiken. De apparatuur moet voldoen aan de Europese richtlijnen.
- Je mag alleen vliegen als je daar lichamelijk en psychisch toe in staat bent (dus bijvoorbeeld niet na het nuttigen van alcohol!)
- Je modelvliegtuig en besturingsapparatuur moeten in goede conditie zijn. (Sommige clubs kennen een modelkeuring, maar omdat zo'n keuring slechts een momentopname is, vindt de GMVC dat leden beter altijd alert kunnen zijn op gebreken van eigen en andermans modellen.)
- FVP-vliegen of autonoom vliegende modellen zijn alleen toegestaan als je de besturing op elk moment weer onder zicht kunt overnemen.